Patiëntenruimte
Mesothelioom en immuuntherapie
Pleuraal mesothelioom is een kwaadaardig gezwel van het longvlies. Het gaat om een zeldzame kanker die zich pas manifesteert 30 jaar na professionele blootstelling aan asbest. Naast heelkunde en chemotherapie beschikt men nu als behandeling ook over immuuntherapie. Een interview met prof. Jan Van Meerbeeck (UZ Antwerpen) en dr. Jo Raskin (UZ Antwerpen), beiden longarts-oncoloog en experten wat betreft mesothelioom.
Long- of borstvlieskanker is een andere naam voor pleuraal mesothelioom. Het gaat om een kwaadaardig gezwel dat uitgaat van de eencellige laag mesotheel, een vlies dat de inwendige organen van de borstkas zoals het hart en de longen omringt en beschermt. Een zeldzame keer gebeurt dit ook bij het buikvlies met het ontstaan van peritoneaal mesothelioom.
In België zijn er jaarlijks gemiddeld 300 nieuwe gevallen en dit cijfer blijft de laatste jaren stabiel. Het gaat om een zeldzame kanker die driemaal vaker voorkomt bij mannen dan bij vrouwen en er bestaat een duidelijke associatie met (professionele) blootstelling aan asbest. Asbest is een carcinogeen, een stof die aanleiding kan geven tot het ontstaan van kanker wanneer men er mee in contact komt. In Europa zijn er zogenaamde ‘hot spots’, dit wil zeggen plaatsen zoals havens en industriële zones met asbest verwerkende fabrieken, waar mesothelioom duidelijk veel meer voorkomt.
Tussen de blootstelling aan asbestvezels en het optreden van mesothelioom verloopt er gemiddeld minstens 30 tot 50 jaar. Voor een correcte ‘asbestanamnese’ dient men dus ver terug te gaan in de tijd, tot aan de allereerste tewerkstelling.
Iemand die in het verleden professioneel aan asbest werd blootgesteld heeft ongeveer een kans van 10 op 1000 (1%) om mesothelioom te ontwikkelen.
In tegenstelling tot andere kankerverwekkende stoffen is er bij asbest geen lineaire verhouding tussen blootstelling en risico op het ontwikkelen van de kanker. Er bestaat geen drempelwaarde waaronder je ‘veilig’ bent. Een kortdurende intense blootstelling in het verleden kan volstaan als risicofactor.
Ingeademde asbestvezels zijn bijzonder resistent. Het lichaam is niet in staat om deze af te breken, onschadelijk te maken of te elimineren, maar zal ze bedekken met een laagje ijzer. Dit geeft aanleiding tot een chronische ontsteking waardoor op termijn wijzigingen in de erfelijke eigenschappen van de cellen (alteraties) optreden en kanker kan ontstaan.
De mediane leeftijd van presentatie is 70 jaar. Vroeger stierven mensen als gevolg van een andere ziekte vooraleer het mesothelioom werd ontdekt. Echter nu er minder wordt gerookt en er minder overlijdens zijn als gevolg van hart- en vaatziekten, leven mensen lang genoeg om een mesothelioom te ontwikkelen.
Meestal gaat het om mensen die de huisarts, de hartspecialist of de longarts raadplegen omwille van kortademigheid en waarbij een vochtuitstorting tussen de longvliezen (pleura) wordt vastgesteld. Naast kortademigheid hebben mensen vaak ook last van knagende pijn ter hoogte van de overgang van de ribbenboog en het middenrif. Weinig specifieke verschijnselen dus, zeker in een oudere populatie met comorbiditeit.
Men start gewoonlijk met een thoraxfoto (gewone longfoto), gevolgd door een CT-scan van de borstkas en eventueel een PET-scan. Hierbij zal men voornamelijk aandacht hebben voor eventuele afwijkingen ter hoogte van het longvlies. Typisch groeit een mesothelioom over de gehele pleura rond de long, als een soort harnas. Men kan het vergelijken met een ballon die men insmeert met ‘papier-maché’. Een thoracoscopie laat toe om biopten te nemen van verdachte lesies op de viscerale of parietale of diafragmatische pleura. De diagnose van mesothelioom kan enkel met zekerheid worden gesteld als in één van deze stukjes weefsel invasieve tumorcellen worden aangetroffen. Elke patiënt waarbij de diagnose van mesothelioom wordt gesteld dient besproken te worden door een multidisciplinair team (MOC of Multisciplinair Oncologisch Consult). Dit gebeurt bij voorkeur in één van de expertcentra(1) , waar men ook nieuwe behandelingsmodaliteiten kan aanbieden.
Wanneer de patiënt voldoende fit is, dit wil zeggen niet te oud is en geen zware cardiovasculaire problemen of andere ziekten heeft, dient de mogelijkheid van heelkunde te worden overwogen, wanneer het mesothelioom in een vroegtijdig stadium wordt ontdekt. Dit is het geval in 5 -10% van de patiënten. Men zal zoveel mogelijk zichtbare tumor ter hoogte van de longvliezen wegnemen, een beetje zoals bij het schillen van een aardappel. Men zal steeds heelkunde combineren met chemotherapie aangezien tijdens de operatie nooit alle tumorweefsel verwijderd kan worden.
Fitte patiënten die niet in aanmerking komen voor heelkunde worden meestal behandeld met chemo- of immuuntherapie.
Met deze behandeling wordt het eigen afweersysteem van de patiënt gestimuleerd door de toediening van 2 soorten monoklonale antilichamen die gericht zijn op het beter herkennen en aanvallen van de kankercellen. De toediening gebeurt 3-wekelijks, via een korte opname in de dagkliniek.
Zoals elke behandeling heeft ook immuuntherapie bijwerkingen. Deze zijn echter verschillend van de mogelijke nevenwerkingen in geval van chemotherapie. Naast vermoeidheid komen soms bijwerkingen als gevolg van overactiviteit van het immuunsysteem voor. Meest frequent gaat het om jeuk, huiduitslag, diarree of darmontsteking (colitis). Allemaal zaken die over het algemeen goed kunnen worden behandeld. Andere auto-immuniteit kan ook optreden, meestal van de schildklier of de lever. Dit laatste wordt tegenwoordig echter heel goed herkend via de periodieke bloednames en kan vroegtijdig aangepakt worden.
Na diagnose van mesothelioom is de mediane overlevingsduur 16 tot 18 maanden bij patiënten die worden behandeld. Wanneer de patiënt niet wenst of kan behandeld worden is de levensverwachting meestal minder dan 10 maanden.
Vrijwel niet. Tegenwoordig zien we soms patiënten die 5 jaar overleven na diagnose, maar niet zonder ziek te zijn. Dit zijn echter de meest fitte mensen met lage tumorload en die in aanmerking zijn gekomen voor heelkunde.
Momenteel wordt er niet gescreend. Om mesothelioom te ontdekken zou men bij erg veel mensen die tot 50 jaar geleden met asbest gewerkt hebben, een periodieke CT-scan van de borstkas moeten uitvoeren. Dit neemt echter niet weg dat er onderzoek wordt gedaan naar andere methodes om te screenen. Wij werken bijvoorbeeld zelf aan een test die vroegtijdige opsporing mogelijk zou kunnen maken via de uitgeademde lucht. Het voordeel van vroegtijdige opsporing is dat de tumor meestal nog klein is op het moment van diagnose en bijgevolg beter te opereren, wat een gunstige invloed kan hebben op de levensverwachting.
Een geopereerde long zal niet meer maximaal kunnen functioneren, maar het feit dat deze blijft zitten betekent toch een groot verschil wat betreft levenskwaliteit in vergelijking met mensen waarbij de long volledig wordt weggenomen (pneumonectomie). Tot het moment van herval is postoperatief een betrekkelijk normaal leven mogelijk. De immuuntherapie wordt over het algemeen ook goed verdragen. Klinische studies hebben aangetoond dat bij immuuntherapie de levenskwaliteit langer behouden blijft in vergelijking met bijvoorbeeld chemotherapie.
Patiënten met een professionele blootstelling aan asbest als werknemer in België worden erkend als beroepsziekte door FEDRIS ( Fonds voor Beroepsziekten) en krijgen dan naast smartengeld een vergoeding voor medische en paramedische onkosten die niet door de ziekteverzekering worden terugbetaald. In 2001 werd bijkomend het Asbestfonds (AFA) opgericht. Dat voorziet een eenmalige uitkering voor mensen met een mesothelioom die niet voldoen aan de voorwaarden van FEDRIS.
Laatste update : Oktober 2023
***nota***
***referenties***
Ce site Web est mieux vu en utilisant l'affichage vertical sur votre appareil mobile.
Ce site Web est optimisé pour l'affichage horizontal sur votre tablette.